Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. dekretieren:
  2. Wiktionary:


German

Detailed Translations for dekretieren from German to Dutch

dekretieren:

dekretieren verb

  1. dekretieren
    decreteren; afkondigen
    • decreteren verb (decreteer, decreteert, decreteerde, decreteerden, gedecreteerd)
    • afkondigen verb (kondig af, kondigt af, kondigde af, kondigden af, afgekondigd)

Translation Matrix for dekretieren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
afkondigen dekretieren ankündigen; anordnen; ansagen; befehlen; bekanntgeben; bekanntmachen; bestimmen; diktieren; etwas erlaßen; proklamieren; verkünden; verkündigen; verlesen; verordnen; veröffentlichen; vorschreiben
decreteren dekretieren ankündigen; anordnen; ansagen; auftragen; beauftragen; befehlen; beherrschen; bekanntmachen; bestimmen; diktieren; erlassen; etwas erlaßen; gebieten; herrschen; kommandieren; regieren; verlesen; verordnen; vorschreiben

Synonyms for "dekretieren":


Wiktionary Translations for dekretieren:

dekretieren
verb
  1. bij decreet vaststellen