Summary
French to Dutch:   more detail...
  1. sapeur:
  2. Wiktionary:


French

Detailed Translations for sapeur from French to Dutch

sapeur:

sapeur [le ~] noun

  1. le sapeur (pionnier)

Translation Matrix for sapeur:

NounRelated TranslationsOther Translations
schansgraver pionnier; sapeur

Synonyms for "sapeur":


Wiktionary Translations for sapeur:

sapeur
noun
  1. beroep|nld speciaal voor het bestrijden van branden opgeleid lid van de brandweer
  2. beroep|nld (Vlaams) een speciaal opgeleid lid van de brandweer voor het bestrijden van branden
  3. beroep|nld een speciaal opgeleid lid van de brandweer voor het bestrijden van branden

Cross Translation:
FromToVia
sapeur sappeur sapper — combat engineer

Related Translations for sapeur