Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. aanzoek:
  2. aanzoeken:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for aanzoek from Dutch to German

aanzoek:

aanzoek [het ~] noun

  1. het aanzoek (huwelijksaanzoek)
    der Heiratsantrag; der Antrag

Translation Matrix for aanzoek:

NounRelated TranslationsOther Translations
Antrag aanzoek; huwelijksaanzoek aanvraag; eis; petitie; prijslijst; rekest; rekwest; tarievenlijst; verzoekschrift; vordering; vraag
Heiratsantrag aanzoek; huwelijksaanzoek

Wiktionary Translations for aanzoek:

aanzoek
noun
  1. verzoek
  2. huwelijksaanzoek

Cross Translation:
FromToVia
aanzoek Vorschlag; Angebot offer — proposal

aanzoek form of aanzoeken:

aanzoeken verb (zoek aan, zoekt aan, zocht aan, zochten aan, aangezocht)

  1. aanzoeken (vragen; verzoeken; aanvragen; uitnodigen)
    ersuchen; beantragen; einen Antrag machen; ansuchen

Conjugations for aanzoeken:

o.t.t.
  1. zoek aan
  2. zoekt aan
  3. zoekt aan
  4. zoeken aan
  5. zoeken aan
  6. zoeken aan
o.v.t.
  1. zocht aan
  2. zocht aan
  3. zocht aan
  4. zochten aan
  5. zochten aan
  6. zochten aan
v.t.t.
  1. heb aangezocht
  2. hebt aangezocht
  3. heeft aangezocht
  4. hebben aangezocht
  5. hebben aangezocht
  6. hebben aangezocht
v.v.t.
  1. had aangezocht
  2. had aangezocht
  3. had aangezocht
  4. hadden aangezocht
  5. hadden aangezocht
  6. hadden aangezocht
o.t.t.t.
  1. zal aanzoeken
  2. zult aanzoeken
  3. zal aanzoeken
  4. zullen aanzoeken
  5. zullen aanzoeken
  6. zullen aanzoeken
o.v.t.t.
  1. zou aanzoeken
  2. zou aanzoeken
  3. zou aanzoeken
  4. zouden aanzoeken
  5. zouden aanzoeken
  6. zouden aanzoeken
diversen
  1. zoek aan!
  2. zoekt aan!
  3. aangezocht
  4. aanzoekende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for aanzoeken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
ansuchen aanvragen; aanzoeken; uitnodigen; verzoeken; vragen aanvragen; bidden; rekwestreren; smeken; verzoeken; vragen
beantragen aanvragen; aanzoeken; uitnodigen; verzoeken; vragen aanvragen; bidden; opvragen; rekwestreren; smeken; verzoeken; vragen
einen Antrag machen aanvragen; aanzoeken; uitnodigen; verzoeken; vragen
ersuchen aanvragen; aanzoeken; uitnodigen; verzoeken; vragen aanvragen; bidden; rekwestreren; smeken; verzoeken; vragen