Dutch

Detailed Translations for afleiding from Dutch to German

afleiding:

afleiding [de ~ (v)] noun

  1. de afleiding (distractie)
    die Zerstreutheit
  2. de afleiding (afleidingsmanoeuvre)
    die Ableitung; die Ablenkung; die Entspannung; die Zerstreuung; die Ableitungsmanövre
  3. de afleiding (verpozing; verzetje; verstrooiing; verzet)
    die Entspannung

Translation Matrix for afleiding:

NounRelated TranslationsOther Translations
Ableitung afleiding; afleidingsmanoeuvre afgeleide; spuiïng
Ableitungsmanövre afleiding; afleidingsmanoeuvre
Ablenkung afleiding; afleidingsmanoeuvre afgeleide
Entspannung afleiding; afleidingsmanoeuvre; verpozing; verstrooiing; verzet; verzetje afgeleide; geruststelling; kalmering; onderbreking; opluchting; pauze; rustpauze; tussenpoos; verademing; verpozing
Zerstreutheit afleiding; distractie afwezigheid; verstrooidheid
Zerstreuung afleiding; afleidingsmanoeuvre afgeleide; geruststelling; kalmering

Wiktionary Translations for afleiding:

afleiding
noun
  1. een gebeurtenis of activiteit die de gedachten op iets anders richt
  2. een woord dat middels toevoeging van een voor-, in- of achtervoegsel gevormd wordt uit een ander

Cross Translation:
FromToVia
afleiding Lockvogel decoy — person or object meant to lure something to danger
afleiding Lockvogel decoy — animal used by hunters to lure game
afleiding Ableitung derivative — word that derives from another
afleiding Ablenkung; Zerstreuung; Unterhaltung; Amüsement; Vergnügen; Zeitvertreib détentediminution progressif de la pression d’un gaz ou d’une vapeur qui augmenter de volume, ou bien de la tension d’un ressort qui revient à son équilibre.
afleiding Ablenkung; Entspannung; Zerstreuung; Unterhaltung; Amüsement; Vergnügen; Zeitvertreib récréation — Occupation, exercice qui fait diversion au travail et qui sert de délassement.

Related Translations for afleiding