Dutch

Detailed Translations for doods from Dutch to German

doods:

doods adj

  1. doods
    öde

Translation Matrix for doods:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
öde doods afgezaagd; afgezonderd; armzalig; bitter teleurgesteld; desolaat; dor; droog; eentonig; eenzaam; ellendig; karig; langdraadig; langdradig; langwijlig; lastig; mager; melig; monotoon; pover; rot; saai; schamel; schraal; slaapverwekkend; suf; taai; uitgestorven; verbitterd; verdord; vereenzaamd; verlaten; vervelend; zonder afleiding

Related Words for "doods":

  • doodsheid, doodse, dood

Wiktionary Translations for doods:


Cross Translation:
FromToVia
doods entseelt; tot; leblos exanimate — lifeless; dead
doods öde; wüst; verödet; verlassen; unbewohnt désert — Qui est inhabité ou qui n’est guère fréquenté.

dood:

dood [de ~] noun

  1. de dood (overlijden; verscheiden)
    Sterben; Einbüssen; Einstürzen
  2. de dood
    der Tod
    • Tod [der ~] noun

Translation Matrix for dood:

NounRelated TranslationsOther Translations
Einbüssen dood; overlijden; verscheiden
Einstürzen dood; overlijden; verscheiden achteruitgang; ineenstorten; ineenstortingen; instorten; instorting; instortingen; inzinking; neervallen
Sterben dood; overlijden; verscheiden sterfgeval; sterfte
Tod dood sterfgeval; sterfte
ModifierRelated TranslationsOther Translations
geistlos dood; geesteloos; levenloos; niet bezield; onbezield achterlijk; afgestompt; afgezaagd; afstompend; breinloos; dom; eentonig; eenvoudig; geestdodend; geesteloos; gemakkelijk; hersenloos; idioot; inhoudsloos; langdradig; leeg; licht; makkelijk; monotoon; niet moeilijk; onbenullig; onnozel; onverstandig; saai; simpel; slaapverwekkend; stom; stompzinnig; stupide; suf; taai; verstandeloos; vervelend; zonder afleiding
gestorben afgestorven; dood; doodgegaan; gestorven; heengegaan; overleden
kraftlos dood; geesteloos; levenloos; niet bezield; onbezield bleekjes; energieloos; futloos; hulpeloos; krachteloos; krukkig; lamlendig; landerig; lusteloos; onbeholpen; onhandig; onmachtig; pips; schutterig; slap; slapjes; slungelig; stumperig; stuntelig; sukkelig; wee; weerloos; ziekelijk; zwak
leblos dood; geesteloos; levenloos; niet bezield; onbezield ongeanimeerd
schlaff dood; geesteloos; levenloos; niet bezield; onbezield armzalig; bleekjes; doezelig; dof; flets; futloos; gammel; karig; krachteloos; krakkemikkig; krukkig; lamlendig; lusteloos; mager; mat; niet helder; onbeholpen; onhandig; pips; pover; schamel; schraal; schutterig; slap; slapjes; slungelig; soezerig; stumperig; stuntelig; suf; sukkelig; wankel; wee; ziekelijk; zwak
seelenlos dood; geesteloos; levenloos; niet bezield; onbezield
tot afgestorven; dood; doodgegaan; gestorven; heengegaan; overleden
unbeseelt dood; geesteloos; levenloos; niet bezield; onbezield
verstorben afgestorven; dood; doodgegaan; gestorven; heengegaan; overleden

Related Words for "dood":


Related Definitions for "dood":

  1. wie niet meer leeft1
    • ik heb een dood vogeltje gevonden1

Wiktionary Translations for dood:

dood
noun
  1. de toestand na het leven
adjective
  1. niet meer levend
dood
noun
  1. Ende des Sterben
adjective
  1. nicht (mehr) lebend

Cross Translation:
FromToVia
dood gestorben; tot dead — no longer alive
dood Tod death — cessation of life
dood Tod death — personification of death
dood der Tod death — Tarot
dood entseelt; tot; leblos exanimate — lifeless; dead
dood erloschen extinct — no longer erupting
dood Tod; Untergang; Verderbnis mort — arrêt de la vie
dood tot mort — Qui n’est plus vivant