Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. amicaal:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for amicaal from Dutch to English

amicaal:


Translation Matrix for amicaal:

NounRelated TranslationsOther Translations
kind aard; genre; slag; soort; type
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
amicable amicaal; kameraadschappelijk; vriendschappelijk collegiaal
friendly amicaal; kameraadschappelijk; vriendschappelijk aimabel; bekoorlijk; bevriend; charmant; gemoedelijk; genegenheid opwekkend; innemend; joviaal; minzaam; vriendelijke
kind amicaal; kameraadschappelijk; vriendschappelijk aangenaam; aardig; attent; behulpzaam; goedaardig; goedhartig; goedig; goedmoedig; goeiig; hulpvaardig; in natura; mild; natura; plezierig; voorkomend; vriendelijk; vriendelijke; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig
AdverbRelated TranslationsOther Translations
amicably amicaal; kameraadschappelijk; vriendschappelijk
ModifierRelated TranslationsOther Translations
kindly amicaal; kameraadschappelijk; vriendschappelijk vriendelijke

Related Words for "amicaal":

  • amicale

Wiktionary Translations for amicaal:

amicaal
adjective
  1. aardig en vriendschappelijk in omgang

Cross Translation:
FromToVia
amicaal friendly; cordial; warm; amiable amical — Qui faire preuve d’amitié.