Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. terugzetten:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for terugzetten from Dutch to English

terugzetten:

terugzetten verb (zet terug, zette terug, zetten terug, teruggezet)

  1. terugzetten (degraderen; in rang verlagen; achteruitzetten; terugplaatsen)
    to degrade
    • degrade verb (degrades, degraded, degrading)
  2. terugzetten (terugleggen; terugplaatsen)
    to put back; to replace
    • put back verb (puts back, put back, putting back)
    • replace verb (replaces, replaced, replacing)
  3. terugzetten
    to restore
    – To copy files from a backup storage device to their normal location, especially if the files are being copied to replace files that were accidentally lost or deleted. 1
    • restore verb (restores, restored, restoring)

Conjugations for terugzetten:

o.t.t.
  1. zet terug
  2. zet terug
  3. zet terug
  4. zetten terug
  5. zetten terug
  6. zetten terug
o.v.t.
  1. zette terug
  2. zette terug
  3. zette terug
  4. zetten terug
  5. zetten terug
  6. zetten terug
v.t.t.
  1. heb teruggezet
  2. hebt teruggezet
  3. heeft teruggezet
  4. hebben teruggezet
  5. hebben teruggezet
  6. hebben teruggezet
v.v.t.
  1. had teruggezet
  2. had teruggezet
  3. had teruggezet
  4. hadden teruggezet
  5. hadden teruggezet
  6. hadden teruggezet
o.t.t.t.
  1. zal terugzetten
  2. zult terugzetten
  3. zal terugzetten
  4. zullen terugzetten
  5. zullen terugzetten
  6. zullen terugzetten
o.v.t.t.
  1. zou terugzetten
  2. zou terugzetten
  3. zou terugzetten
  4. zouden terugzetten
  5. zouden terugzetten
  6. zouden terugzetten
en verder
  1. ben teruggezet
  2. bent teruggezet
  3. is teruggezet
  4. zijn teruggezet
  5. zijn teruggezet
  6. zijn teruggezet
diversen
  1. zet terug!
  2. zett terug!
  3. teruggezet
  4. terugzettend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for terugzetten:

NounRelated TranslationsOther Translations
restore herstellen
VerbRelated TranslationsOther Translations
degrade achteruitzetten; degraderen; in rang verlagen; terugplaatsen; terugzetten
put back terugleggen; terugplaatsen; terugzetten
replace terugleggen; terugplaatsen; terugzetten aflossen; remplaceren; vernieuwen; vervangen; verwisselen
restore terugzetten fiksen; goedmaken; herstellen; in orde brengen; in orde maken; maken; rechtzetten; repareren; restaureren; saneren

Wiktionary Translations for terugzetten:

terugzetten
verb
  1. To bring back to a previous condition or state

Cross Translation:
FromToVia
terugzetten hasten; accelerate hâter — Faire avancer vite, accélérer.
terugzetten turn over; recover remettreTraductions à trier suivant le sens.
terugzetten delivery; handover; transmission; assignment remise — Action de remettre