Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. lat:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for lat from Dutch to English

lat:

lat [de ~] noun

  1. de lat (smalle plank; schroot)
    the board; the shelf

Translation Matrix for lat:

NounRelated TranslationsOther Translations
board lat; schroot; smalle plank aandeel; beheer; bestuur; deel; directie; hoofdbestuur; kostgeld; legbord; leiding; part
shelf lat; schroot; smalle plank legbord; plank; schap
VerbRelated TranslationsOther Translations
board emballeren; enteren; herbergen; huisvesten; iemand onderdak verlenen; inpakken; inwikkelen; kartonneren; onderbrengen; onderdak geven; onderdak verschaffen; plaatsen; verpakken

Related Words for "lat":


Wiktionary Translations for lat:

lat
noun
  1. ruler, measuring stick