Home ->Dictionaries ->Dutch/English ->Translate speelkameraad

Translate speelkameraad from Dutch to English

Summary

Dutch to English: more detail...

speelkameraad:
- fellow player; playmate; play-mate; partner; player; playfellow

Dutch

Detailed Translations for speelkameraad from Dutch to English

speelkameraad:

speelkameraad [de ~ (m)] noun

de speelkameraad (speelgenoot; medespeler; speelmakker)
the fellow player; the playmate; the play-mate; the partner; the player; the playfellow
- fellow player [the ~] noun
- playmate [the ~] noun
- play-mate [the ~] noun
- partner [the ~] noun
- player [the ~] noun
- playfellow [the ~] noun

Translation Matrix for speelkameraad:

Noun	Related Translations	Other Translations
fellow player	medespeler; speelgenoot; speelkameraad; speelmakker
partner	medespeler; speelgenoot; speelkameraad; speelmakker	bondgenoot; compagnon; echtgenoot; eega; firmant; gabber; gade; gezel; gezellin; kameraad; kameraadje; kompaan; kornuit; levensgezel; levenspartner; maat; maatje; makker; man; medestander; medestrijder; pal; partner; spitsbroeder; vriend; vrouw
play-mate	medespeler; speelgenoot; speelkameraad; speelmakker
player	medespeler; speelgenoot; speelkameraad; speelmakker	speelster; speler; toneelspeelster
playfellow	medespeler; speelgenoot; speelkameraad; speelmakker
playmate	medespeler; speelgenoot; speelkameraad; speelmakker

Related Words for "speelkameraad":

speelkameraden, speelkameraads