Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. veraanschouwelijken:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for veraanschouwelijken from Dutch to English

veraanschouwelijken:

veraanschouwelijken verb (veraanschouwelijk, veraanschouwelijkt, veraanschouwelijkte, veraanschouwelijkten, veraanschouwelijkt)

  1. veraanschouwelijken (aanschouwelijk maken; demonstreren)
    to demonstrate; to expose; to illustrate; show what you mean; make your point

Conjugations for veraanschouwelijken:

o.t.t.
  1. veraanschouwelijk
  2. veraanschouwelijkt
  3. veraanschouwelijkt
  4. veraanschouwelijken
  5. veraanschouwelijken
  6. veraanschouwelijken
o.v.t.
  1. veraanschouwelijkte
  2. veraanschouwelijkte
  3. veraanschouwelijkte
  4. veraanschouwelijkten
  5. veraanschouwelijkten
  6. veraanschouwelijkten
v.t.t.
  1. heb veraanschouwelijkt
  2. hebt veraanschouwelijkt
  3. heeft veraanschouwelijkt
  4. hebben veraanschouwelijkt
  5. hebben veraanschouwelijkt
  6. hebben veraanschouwelijkt
v.v.t.
  1. had veraanschouwelijkt
  2. had veraanschouwelijkt
  3. had veraanschouwelijkt
  4. hadden veraanschouwelijkt
  5. hadden veraanschouwelijkt
  6. hadden veraanschouwelijkt
o.t.t.t.
  1. zal veraanschouwelijken
  2. zult veraanschouwelijken
  3. zal veraanschouwelijken
  4. zullen veraanschouwelijken
  5. zullen veraanschouwelijken
  6. zullen veraanschouwelijken
o.v.t.t.
  1. zou veraanschouwelijken
  2. zou veraanschouwelijken
  3. zou veraanschouwelijken
  4. zouden veraanschouwelijken
  5. zouden veraanschouwelijken
  6. zouden veraanschouwelijken
diversen
  1. veraanschouwelijk!
  2. veraanschouwelijkt!
  3. veraanschouwelijkt
  4. veraanschouwelijkende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for veraanschouwelijken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
demonstrate aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken aantonen; betogen; bewijzen; demonstreren; openbaren; staven; zich uiten
expose aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken beschikbaar maken; bloot stellen aan; blootleggen; graven; onthullen; ontluiken; ontmaskeren; opbloeien; opdelven; opgraven; scheppen; zich ontsluiten
illustrate aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken accentueren; belichten; illustreren; ophelderen; opklaren; toelichten; verduidelijken; verhelderen; verklaren
make your point aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken
show what you mean aanschouwelijk maken; demonstreren; veraanschouwelijken

Wiktionary Translations for veraanschouwelijken:


Cross Translation:
FromToVia
veraanschouwelijken illustrious; illustrate illustrerrendre illustre.