Summary


Dutch

Detailed Translations for wettigheid from Dutch to Spanish

wettigheid:

wettigheid [de ~ (v)] noun

  1. de wettigheid (legitimiteit)
    la legalidad; la justificación; la legitimidad; la legitimación; el sistematismo; la conformidad con las leyes
  2. de wettigheid (rechtsgeldigheid; rechtmatigheid)
    la legitimidad

Translation Matrix for wettigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
conformidad con las leyes legitimiteit; wettigheid
justificación legitimiteit; wettigheid afrekening; afrekening in het criminele circuit; deugdelijkheid van argumentatie; excuus; gegrondheid; geldigheid; gerechtigdheid; justificatie; pardon; rechtvaardiging; reden; rekenschap; verantwoording; verdedigbaarheid; verontschuldiging; verschoning
legalidad legitimiteit; wettigheid legaliteit
legitimación legitimiteit; wettigheid entreebiljet; identiteitsbewijs; identiteitskaart; kaart; kaartje; legitimatie; legitimatiebewijs; legitimatiekaart; legitimatiepapieren; pasje; persoonsbewijs; plaatsbewijs; ticket; toegangsbewijs
legitimidad legitimiteit; rechtmatigheid; rechtsgeldigheid; wettigheid authenticiteit; echtheid; legitimiteit
sistematismo legitimiteit; wettigheid keurigheid; netheid; onberispelijkheid; openhartigheid; openheid; opgeruimdheid; oprechtheid; ordelijkheid; properheid; reglementering; rondborstigheid; rondheid; smetteloosheid; wetmatigheid

Related Words for "wettigheid":


wettig:


Translation Matrix for wettig:

NounRelated TranslationsOther Translations
justo eerlijke; rechtschapene; rechtvaardige
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
justo precies goed
ModifierRelated TranslationsOther Translations
justificado billijk; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig aannemelijk; bevoegd; billijk; geautoriseerd; geldig; gerechtigd; gerechtvaardigd; gewettigd; legitiem; op deugdelijke gronden steunend; rechtmatig; valabel; valide
justo billijk; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig afgepast; billijk; contemplatief; correct; eerlijk; fair; ferm; fideel; fiks; flink; gegrond; geldig; gepast; gerechtvaardigd; geschikt; goed; juist; keurig; kuis; net; net aan; netjes; openhartig; oprecht; precies; rechtmatig; redelijk; rein; rondborstig; schappelijk; schoon; stevig; terecht; trouwhartig; valide
legal billijk; gewettigd; legaal; legitiem; rechtmatig; rechtsgeldig; rechtvaardig; wetmatig; wettelijk; wettig aannemelijk; forensisch; geldig; gerechtelijk; juridisch; justitieel; rechterlijk; valabel; valide
legítimo billijk; gewettigd; legaal; legitiem; rechtmatig; rechtsgeldig; rechtvaardig; wetmatig; wettelijk; wettig aannemelijk; bevoegd; billijk; degelijk; geautoriseerd; gefundeerd; gegrond; geldig; gerechtigd; gerechtvaardigd; gewettigd; gewoonweg; klinkklaar; logisch; op deugdelijke gronden steunend; op goede gronden steunend; rechtmatig; rechttoe; solide; steekhoudend; valabel; valide
lícito billijk; gewettigd; rechtmatig; rechtvaardig; wetmatig; wettig aangenomen; aanvaard; accoord; geaccepteerd; goedgekeurd

Related Words for "wettig":


Related Definitions for "wettig":

  1. wat volgens de wet is1
    • Anja is zijn wettige echtgenote1

Wiktionary Translations for wettig:


Cross Translation:
FromToVia
wettig legal legal — allowed or prescribed by law
wettig legal légalpermis par la loi, conforme à la loi.