Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. zeggenschap:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zeggenschap from Dutch to French

zeggenschap:

zeggenschap [de ~ (v)] noun

  1. de zeggenschap (beheer; toezicht; controle; )
    le contrôle; la gestion; la surveillance; la supervision; la garde
  2. de zeggenschap (voogdij)
    le pouvoir; l'autorité; le son mot à dire
  3. de zeggenschap (voogdij)
    la tutelle

Translation Matrix for zeggenschap:

NounRelated TranslationsOther Translations
autorité voogdij; zeggenschap autoriteit; autoriteiten; bevoegd zijn; bevoegdheid; bewind; deskundige; expert; gezag; gezaghebber; gezaghebbers; gezagsdrager; gezagsorgaan; gouvernement; heerschappij; instantie; kabinet; macht; openbaar gezag; overheid; regering; regeringsstelsel; regime; rijksbestuur; specialist; staatsbestel; vakkundige
contrôle beheer; bescherming; bewaking; controle; hoede; toezicht; zeggenschap; zorg bedwang; beheersing; besturingselement; bewaking; controle; controleren; hoede; inspectie; keuring; keurkamer; mate van bekwaamheid; proef; quarantaine; surveillance; test; validatie; zelfbeheersing
garde beheer; bescherming; bewaking; controle; hoede; toezicht; zeggenschap; zorg baker; bergen; berging; bewaarplaats; bewaker; bewaking; bewaren; bewaring; cipier; controle; garde; gevangenbewaarder; hoede; in bewaring geven; kraaiennest; persoon die op wacht staat; portier; suppoost; surveillance; toevertrouwen; uitkijk; wacht; wachter
gestion beheer; bescherming; bewaking; controle; hoede; toezicht; zeggenschap; zorg behartiging; beheer; belangenbehartiging; bewaking; controle; hoede; management; surveillance
pouvoir voogdij; zeggenschap autoriteit; autoriteiten; bevoegd zijn; bevoegdheid; gezag; gezaghebbers; heerschappij; kracht; licentie; macht; mandaat; procuratie; vergunning; vermogen; volmacht
son mot à dire voogdij; zeggenschap
supervision beheer; bescherming; bewaking; controle; hoede; toezicht; zeggenschap; zorg begeleiding; bewaking; controle; escorte; hoede; supervisie; surveillance; vergezellen
surveillance beheer; bescherming; bewaking; controle; hoede; toezicht; zeggenschap; zorg begeleiding; bewaking; controle; escorte; hoede; supervisie; surveillance; vergezellen; watchdog; watchdog-driver; watchdog-timer
tutelle voogdij; zeggenschap voogdij; voogdijschap
VerbRelated TranslationsOther Translations
pouvoir iets mogen; in staat zijn; kunnen; mogen; vermogen
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
contrôle besturing
garde beveiliging

Wiktionary Translations for zeggenschap:

zeggenschap
noun
  1. het recht om over iets te beslissen
zeggenschap