Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. zijkant:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zijkant from Dutch to French

zijkant:

zijkant [de ~ (m)] noun

  1. de zijkant (zijde; flank)
    le côté; l'aile; le flanc; le bord; la rive; le rebord
  2. de zijkant (kant; rand)
    le côté; le bord

Translation Matrix for zijkant:

NounRelated TranslationsOther Translations
aile flank; zijde; zijkant flank; spatbord; vlerk; vleugel; vleugel van een gebouw; wiek; zijde van een schip
bord flank; kant; rand; zijde; zijkant boordsel; einder; flank; galon; gezichtseinder; horizon; kim; omzoming; oplegsel; passement; rand; richel; rivierkant; rivieroever; zijde van een schip
côté flank; kant; rand; zijde; zijkant flank; kant; zij; zijde; zijde van een schip
flanc flank; zijde; zijkant berghelling; flank; kant; zij; zijde; zijde van een schip
rebord flank; zijde; zijkant flank; rand; richel; zijde van een schip
rive flank; zijde; zijkant einder; flank; gezichtseinder; horizon; kim; oever; rivierkant; rivieroever; rivierzoom; wal; waterkant; zijde van een schip

Related Words for "zijkant":

  • zijkanten

Wiktionary Translations for zijkant:

zijkant
noun
  1. datgene dat de zijde vormt
zijkant
noun
  1. région des côtes, depuis l’aisselle jusqu’à la hanche.
  2. chacune des parties latérales du corps de l’homme ou des animaux, qui est depuis le défaut des côtes jusqu’aux hanches.