Home ->Dictionaries ->Dutch/French ->Translate bagatel

Translate bagatel from Dutch to French

Summary

Dutch to French: more detail...

bagatel:
- futilité; bagatelle; rien du tout; rien; babiole; jeu d'enfant; chose sans importance; détail; fait accessoire; petite chose
Wiktionary:
- bagatel → babiole, bagatelle, baliverne
- bagatel → babiole, bagatelle, vétile, bricole, broutille

Dutch

Detailed Translations for bagatel from Dutch to French

bagatel:

bagatel [de ~] noun

de bagatel (peulenschil; kleinigheid; wissewasje)
la futilité; la bagatelle; le rien du tout; le rien; la babiole; le jeu d'enfant; la chose sans importance
- futilité [la ~] noun
- bagatelle [la ~] noun
- rien du tout [le ~] noun
- rien [le ~] noun
- babiole [la ~] noun
- jeu d'enfant [le ~] noun
- chose sans importance [la ~] noun
de bagatel (kleinigheid; akkefietje)
le détail; le fait accessoire
- détail [le ~] noun
- fait accessoire [le ~] noun
de bagatel (kleinigheid; futiliteit; onbelangrijk iets; dingetje; peulenschil; niemendalletje; wissewasje)
la futilité; la babiole; la petite chose; le rien; le rien du tout; la chose sans importance; la bagatelle
- futilité [la ~] noun
- babiole [la ~] noun
- petite chose [la ~] noun
- rien [le ~] noun
- rien du tout [le ~] noun
- chose sans importance [la ~] noun
- bagatelle [la ~] noun

Translation Matrix for bagatel:

Noun	Related Translations	Other Translations
babiole	bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; wissewasje	hebbeding; kleinigheid; kleinood; snuisterij
bagatelle	bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; wissewasje	kleinigheid; snuisterij
chose sans importance	bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; wissewasje
détail	akkefietje; bagatel; kleinigheid	bijzaak; bijzonderheid; detail
fait accessoire	akkefietje; bagatel; kleinigheid	bijzaak
futilité	bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; wissewasje	kinderwerk; waardeloos zijn
jeu d'enfant	bagatel; kleinigheid; peulenschil; wissewasje	kinderspel
petite chose	bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; wissewasje	kleinigheid; snuisterij
rien	bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; wissewasje	flinter; floers; krats; scheutje; schijntje; snufje; spotprijs; vleugje; waas; zweem
rien du tout	bagatel; dingetje; futiliteit; kleinigheid; niemendalletje; onbelangrijk iets; peulenschil; wissewasje
Modifier	Related Translations	Other Translations
rien		niets; niks

Related Words for "bagatel":

bagatellen

Wiktionary Translations for bagatel:

bagatel

noun

(vieilli) jouet d’enfants.
- babiole → bagatel; beuzelarij; futiliteit; kleinigheid; wissewasje
chose de peu de prix et peu nécessaire.
- bagatelle → sex; sexuele hartstocht; bagatel; beuzelarij; futiliteit; kleinigheid; wissewasje
Propos frivole, occupation futile
- baliverne → bagatel; zever

Cross Translation:

From	To	Via
• bagatel	→ babiole; bagatelle; vétile	↔ Kleinigkeit — winzige oder unbedeutende Sache
• bagatel	→ bagatelle; babiole; vétile	↔ Lappalie — eine Kleinigkeit, eine Nichtigkeit, eine höchst unbedeutende Sache
• bagatel	→ babiole; bricole; broutille	↔ trifle — thing of little importance or worth