Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. binnenroepen:


Dutch

Detailed Translations for binnenroepen from Dutch to French

binnenroepen:

binnenroepen verb

  1. binnenroepen (binnen halen)
    introduire; appeler; faire entrer
    • introduire verb (introduis, introduit, introduisons, introduisez, )
    • appeler verb (appelle, appelles, appelons, appelez, )

Translation Matrix for binnenroepen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
appeler binnen halen; binnenroepen aanroepen; aantekenen; appelleren; appèl aantekenen; bellen; benoemen; beroep doen op; bestempelen; betitelen; dagvaarden; door de telefoon praten; een naam geven; erbij halen; erbij roepen; iemand opbellen; inroepen; laten komen; noemen; ontbieden; opbellen; oproepen; praaien; roepen; sommeren; telefoneren; telefoontje plegen; tevoorschijn roepen; toeroepen; vernoemen; verzet aantekenen
faire entrer binnen halen; binnenroepen binnendringen; binnenlaten; binnenleiden; binnenloodsen; binnenvallen; deur openen; inbrengen; indringen; infiltreren; injagen; inlaten; invallen; invoegen; naarbinnen laten; opendoen voor
introduire binnen halen; binnenroepen binnen brengen; binnenlaten; binnenleiden; binnenloodsen; geld opleveren; inbrengen; inleiden; intikken; intoetsen; introduceren; intypen; invoegen; kennis laten maken; naarbinnen laten; openen; voorstellen