Summary


Dutch

Detailed Translations for functie from Dutch to French

functie:

functie [de ~ (v)] noun

  1. de functie (betrekking; ambt)
    la fonction; le poste; la position; l'office
  2. de functie (dienstbetrekking; positie; baan; job)
    l'emploi; la fonction; le poste; la position; la voie; le service salarié; la situation; l'office
  3. de functie
    la fonction
  4. de functie
    le rôle
  5. de functie
  6. de functie
  7. de functie
  8. de functie
    le composant

Translation Matrix for functie:

NounRelated TranslationsOther Translations
composant functie basisbestanddeel; bestanddeel; component; deel; element; factor; fractie; ingrediënt; onderdeel; stuk
emploi baan; dienstbetrekking; functie; job; positie aanstelling; aanwenden; aanwending; ambacht; ambt; arbeid; arbeidsplaats; baan; behandeling; benoeming; benutting; beroep; bezigheid; dienstverband; gebruik; gewoonte; hantering; inspanning; installatie; inzet; job; karwei; loonarbeid; loonwerk; professie; taak; taakverschaffing; tewerkstelling; toepassing; traditie; usance; vak; werk; werkgelegenheid; werkkring; werkplek; werkverschaffing; werkzaamheid
fonction ambt; baan; betrekking; dienstbetrekking; functie; job; positie aanstelling; ambacht; ambt; arbeid; arbeidsplaats; baan; benoeming; beroep; bezigheid; dienstverband; inspanning; installatie; prestatie; professie; taak; vak; verrichting; werk; werkkring; werkplek; werkzaamheid
office ambt; baan; betrekking; dienstbetrekking; functie; job; positie baan; bijkeuken; bureau; bureaumeubel; kerkdienst; pantry; spoelkeuken; werk; werkkring; werkplek
position ambt; baan; betrekking; dienstbetrekking; functie; job; positie aanname; baan; bewering; denkbeeld; gelid; gesteldheid; gezichtspunt; hiërarchie; houding; idee; interpretatie; inzicht; lezing; ligging; locatie; mening; oordeel; opinie; opvatting; plaatsbepaling; positie; rang; rangorde; rechtspositie; staat; standpunt; standpuntbepaling; stelling; stellingname; thema; these; thesis; toestand; visie; volgorde; werk; werkkring; werkplek; zienswijze
poste ambt; baan; betrekking; dienstbetrekking; functie; job; positie arbeidsplaats; baan; postkantoor; radio; radiotoestel; werk; werkkring; werkplek
rôle functie beveiligingsrol; filmrol; personageuitbeelding; rol
service salarié baan; dienstbetrekking; functie; job; positie
situation baan; dienstbetrekking; functie; job; positie conditie; gesteldheid; land; ligging; locatie; natie; omstandigheden; omstandigheid; plaatsbepaling; positie; rijk; situatie; staat; stand van zaken; toestand
voie baan; dienstbetrekking; functie; job; positie afstand; baan; baanvak; buitenweg; carrière; dreef; etappe; gedeelte van de weg; landweg; loopbaan; paadje; pad; rijbaan; rijstrook; rijvlak; rijweg; ronde; route; straat; straatweg; tournee; traject; trekpad; verkeersstrook; weg
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
fonction principale functie
fonctionnalité functie

Related Words for "functie":


Related Definitions for "functie":

  1. waarvoor het dient1
    • wat is de functie van deze knop?1
  2. werk dat je moet doen1
    • welke functie heeft zij in dat bedrijf?1

Wiktionary Translations for functie:

functie
noun
  1. taak
  2. positie binnen een bedrijf of organisatie
  3. (wiskunde) afhankelijkheid tussen een element en een veranderlijke
  4. (informatica) onderdeel van de broncode van een computerprogramma
functie
noun
  1. Activité qui tend à un but précis

Cross Translation:
FromToVia
functie fonction function — what something does or is used for
functie fonction function — mathematics: one-to-one relation
functie fonction function — computing: routine that returns a result
functie fonction function — biology: physiological activity of an organ or body part
functie position PositionAnstellung, berufliche Stellung
functie emploi; place StelleArbeitsplatz

Related Translations for functie