Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. handhaven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for handhaven from Dutch to French

handhaven:

handhaven verb (handhaaf, handhaaft, handhaafde, handhaafden, gehandhaafd)

  1. handhaven (stand houden)
    maintenir; se maintenir; garder; retenir; conserver
    • maintenir verb (maintiens, maintient, maintenons, maintenez, )
    • garder verb (garde, gardes, gardons, gardez, )
    • retenir verb (retiens, retient, retenons, retenez, )
    • conserver verb (conserve, conserves, conservons, conservez, )

Conjugations for handhaven:

o.t.t.
  1. handhaaf
  2. handhaaft
  3. handhaaft
  4. handhaven
  5. handhaven
  6. handhaven
o.v.t.
  1. handhaafde
  2. handhaafde
  3. handhaafde
  4. handhaafden
  5. handhaafden
  6. handhaafden
v.t.t.
  1. heb gehandhaafd
  2. hebt gehandhaafd
  3. heeft gehandhaafd
  4. hebben gehandhaafd
  5. hebben gehandhaafd
  6. hebben gehandhaafd
v.v.t.
  1. had gehandhaafd
  2. had gehandhaafd
  3. had gehandhaafd
  4. hadden gehandhaafd
  5. hadden gehandhaafd
  6. hadden gehandhaafd
o.t.t.t.
  1. zal handhaven
  2. zult handhaven
  3. zal handhaven
  4. zullen handhaven
  5. zullen handhaven
  6. zullen handhaven
o.v.t.t.
  1. zou handhaven
  2. zou handhaven
  3. zou handhaven
  4. zouden handhaven
  5. zouden handhaven
  6. zouden handhaven
en verder
  1. is gehandhaafd
  2. zijn gehandhaafd
diversen
  1. handhaaf!
  2. handhaaft!
  3. gehandhaafd
  4. handhavend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for handhaven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
conserver handhaven; stand houden balsemen; behoeden; behouden; beschermen; bewaren; bijeenzamelen; conserveren; deponeren; financieel steunen; gevangen zetten; in bescherming nemen; in blik conserveren; in de cel zetten; in stand houden; inbalsemen; inblikken; inleggen; inmaken; inpekelen; instandhouden; interneren; inzouten; isoleren; onderhouden; opeenhopen; oppotten; opslaan; opsluiten; opzouten; sparen; vastzetten; verduurzamen; vergaren; verzamelen
garder handhaven; stand houden achterhouden; behoeden; behouden; beschermen; beveiligen; bewaken; bewaren; conserveren; deponeren; geen afstand doen van; gevangen zetten; hoeden; houden; in bescherming nemen; in de cel zetten; inhouden; interneren; isoleren; leggen; neerleggen; niet laten gaan; openhouden; opsluiten; opzij leggen; patrouilleren; plaatsen; reserveren; surveilleren; toezicht houden; toezien; van alarm voorzien; vasthouden; vastzetten; voorbehouden; vrijhouden; wegleggen; wegzetten
maintenir handhaven; stand houden beethouden; behoeden; behouden; beschermen; bestendigen; bewaren; conserveren; doorstaan; dragen; dulden; harden; hooghouden; in bescherming nemen; in de hoogte houden; instandhouden; niet terugnemen; omhooghouden; ophouden; uithouden; uitzingen; verdragen; verduren; volhouden
retenir handhaven; stand houden achterhouden; afhouden; aftrekken; bedaren; bedwingen; beet hebben; beheersen; beletten; bemantelen; beteugelen; blijven staan; charteren; dwarsbomen; dwarsliggen; ervanaf houden; geen afstand doen van; gevangen zetten; houden; huren; in bedwang houden; in de cel zetten; in mindering brengen; inhouden; interneren; intomen; isoleren; matigen; naar zich toe trekken; niet laten gaan; onderdrukken; onthouden; opnemen; opslaan; opsluiten; reserveren; stilhouden; stilstaan; stoppen; tegenwerken; terughouden; vasthebben; vasthouden; vastzetten; verbergen; verduisteren; verheimelijken; verhullen; verrekenen; versluieren; verstoppen; voorbehouden; weerhouden; wegstoppen
se maintenir handhaven; stand houden standhouden; zich staande houden

Antonyms for "handhaven":


Related Definitions for "handhaven":

  1. ervoor zorgen dat het blijft bestaan1
    • de politie handhaaft de orde in deze stad1
  2. ervoor zorgen dat je niet weg hoeft1
    • hij kon zich goed handhaven in die groep1

Wiktionary Translations for handhaven:

handhaven
verb
  1. iets doen voortbestaan, aan iets vasthouden
  2. zich een positie in een groep verzekeren
handhaven
Cross Translation:
FromToVia
handhaven entretenir maintain — to keep up
handhaven persévérer persevere — To persist steadfastly
handhaven conserver; garder gaumen — (transitiv), Schweiz: nicht antasten lassen, schützen, verteidigen