Dutch

Detailed Translations for honend from Dutch to French

honend:


Translation Matrix for honend:

NounRelated TranslationsOther Translations
acide zurigheid; zuur
railleur spotter
supérieur baas; bevelhebber; chef; commandant; hoofd; kloosteroverste; meerdere; meester; moeder overste; overste; patroon; superieur
ModifierRelated TranslationsOther Translations
acerbe honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bits; bitter; bitter van smaak; bitterachtig; fel; giftig; grievend; hanig; kattig; krenkend; kwaad; kwetsend; nijdig; onvriendelijk; pinnig; scherp; snauwerig; snibbig; spinnig; vinnig; vlijmend; vlijmscherp; woedend; zeer boos
acide honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bitter; bitterachtig; galachtig; wrang; zuur; zuur smakend
aigre honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bits; bitter; bitter teleurgesteld; fel; galachtig; grimmig; hanig; kattig; pinnig; rins; scherp; snibbig; spinnig; verbeten; verbitterd; vinnig; vlijmend; wrang; wrangig; zurig; zuur; zuur smakend
aigrement honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bitter; bitter teleurgesteld; fel; galachtig; grimmig; hanig; pinnig; scherp; snibbig; verbeten; verbitterd; vinnig; vlijmend; wrang; zuur; zuur smakend
amer honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bitter; bitter van smaak; bitterachtig; galachtig; onheus; wrang; zuur; zuur smakend
amèrement honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bitter; bitterachtig; galachtig; zuur
avec amertume honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
avec condescendance honend; hooghartig; minachtend; smalend; spottend aanmatigend; arrogant; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; neerbuigend; uit de hoogte; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
avec mépris honend; hooghartig; minachtend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend laag; verachtelijk
avec sarcasme honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend met sarcasme; sarcastisch
condescendant honend; hooghartig; minachtend; smalend; spottend aanmatigend; arrogant; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; neerbuigend; uit de hoogte; verlagend; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
d'un air narquois honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
dédaigneusement honend; hooghartig; minachtend; smalend; spottend aanmatigend; arrogant; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; laag; neerbuigend; uit de hoogte; vanuit de hoogte; verachtelijk; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
dédaigneux honend; hooghartig; minachtend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend geringschattend; hooghartig; kleinerend; laag; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; trots; uit de hoogte; vanuit de hoogte; verachtelijk
honteusement honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend gemeen; godgeklaagd; hemeltergend; kleinerend; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; onedel; schandalig; schandelijk; ten hemel schreiend; verfoeilijk; vernederend; zeer ergerlijk
honteux honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend aanstootgevend; aanstotelijk; beschamend; godgeklaagd; hemeltergend; kleinerend; ten hemel schreiend; vernederend; zeer ergerlijk; zondig
humiliant honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend kleinerend; vernederend
injurieux honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend aanstootgevend; aanstotelijk; beledigend; grievend; krenkend; kwetsend; stotend
méprisant honend; hooghartig; minachtend; smalend; spottend aanmatigend; arrogant; hautain; hooghartig; hoogmoedig; hovaardig; laag; neerbuigend; uit de hoogte; verachtelijk; verwaand; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
narquoisement honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
railleur honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
sarcastique honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend
supérieur honend; hooghartig; minachtend; smalend; spottend aanmatigend; arrogant; befaamd; bovenst; bovenste; eersteklas; eersterangs; geacht; geringschattend; hautain; hooggeplaatst; hooggezeten; hooghartig; hoogmoedig; hoogwaardig; hovaardig; kleinerend; laatdunkend; minachtend; neerbuigend; opperst; opperste; perfect; prima; prominent; superieur; top; tot de beste klasse behorend; trots; uit de hoogte; uitstekend; van goede kwaliteit; verwaand; vooraanstaand; vooraanstaande; voornaam; zelfgenoegzaam; zelfingenomen
âcre honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bitter teleurgesteld; heet; onderdrukt; opgekropt; pikant; scherp; scherp van smaak; verbeten; verbitterd; verkropt
âpre honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bar; bijtend; bitter; bitter teleurgesteld; bitter van smaak; bitterachtig; doordringend; fel; gemeen; grievend; grimmig; heet; krenkend; kwetsend; onbegroeid; onderdrukt; opgekropt; pikant; scherp; scherp van smaak; verbeten; verbitterd; verkropt; wrangig
âprement honend; schamper; smadelijk; smadend; smalend; spottend bar; bitter teleurgesteld; grimmig; onbegroeid; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verbitterd; verkropt

honend form of honen:

honen verb (hoon, hoont, hoonde, hoonden, gehoond)

  1. honen (verguizen; beschimpen)
    calomnier; diffamer; vilipender; blasphémer
    • calomnier verb (calomnie, calomnies, calomnions, calomniez, )
    • diffamer verb (diffame, diffames, diffamons, diffamez, )
    • vilipender verb (vilipende, vilipendes, vilipendons, vilipendez, )
    • blasphémer verb (blasphème, blasphèmes, blasphémons, blasphémez, )

Conjugations for honen:

o.t.t.
  1. hoon
  2. hoont
  3. hoont
  4. honen
  5. honen
  6. honen
o.v.t.
  1. hoonde
  2. hoonde
  3. hoonde
  4. hoonden
  5. hoonden
  6. hoonden
v.t.t.
  1. heb gehoond
  2. hebt gehoond
  3. heeft gehoond
  4. hebben gehoond
  5. hebben gehoond
  6. hebben gehoond
v.v.t.
  1. had gehoond
  2. had gehoond
  3. had gehoond
  4. hadden gehoond
  5. hadden gehoond
  6. hadden gehoond
o.t.t.t.
  1. zal honen
  2. zult honen
  3. zal honen
  4. zullen honen
  5. zullen honen
  6. zullen honen
o.v.t.t.
  1. zou honen
  2. zou honen
  3. zou honen
  4. zouden honen
  5. zouden honen
  6. zouden honen
diversen
  1. hoon!
  2. hoont!
  3. gehoond
  4. honend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for honen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
blasphémer beschimpen; honen; verguizen
calomnier beschimpen; honen; verguizen belasteren; kwaadspreken; lasteren; ontheiligen; ontwijden; roddelen; schenden; smaden; zwart kleuren; zwartmaken
diffamer beschimpen; honen; verguizen belasteren; kwaadspreken; lasteren; onteren; ontheiligen; ontwijden; schenden; smaden; zwart kleuren; zwartmaken
vilipender beschimpen; honen; verguizen

Related Words for "honen":


Wiktionary Translations for honen:

honen
verb
  1. traiter quelqu’un ou quelque chose avec une moquerie outrageante ou dédaigneux.
  2. Rayer les parois du cylindre d’un moteur pour favoriser l’adhérence de l’huile.