Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. kil:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kil from Dutch to French

kil:


Translation Matrix for kil:

NounRelated TranslationsOther Translations
frais afkoeling; belasting; besteding; gelduitgave; heffing; kost; kosten; leges; onkosten; toeslag; uitgaaf; uitgave; uitgaven; verkoeling
froid afstandelijkheid; frisheid; gereserveerdheid; kilte; koelheid; koelte; kou; koude; koudheid
ModifierRelated TranslationsOther Translations
frais kil; koeltjes fris; frisjes; gekoeld; koel; luchtig; nieuw; nieuwbakken; nieuwe; onbestorven; vers; versgebakken
froid guur; kil; koeltjes; koud en vochtig afstandelijk; bikkelhard; emotieloos; fris; frisjes; gevoelloos; glashard; hard; hardvochtig; harteloos; ijzerhard; indifferent; keihard; koel; koelbloedig; koud; laag van temperatuur; laconiek; lauw; liefdeloos; onaangebroken; onaangedaan; onaangeroerd; onaangetast; onberoerd; onbewogen; ongebruikt; ongefundeerd; ongegrond; ongemotiveerd; ongeopend; ongevoelig; ongeïnteresseerd; onverschillig; onverschrokken; staalhard; steenhard; zeer hard; zielloos; zonder grond
froid et humide kil; koud en vochtig
froidement guur; kil; koeltjes; koud en vochtig afstandelijk; doodgemoedereerd; doodkalm; fris; frisjes; koel; koelbloedig; koud; onaangedaan; onberoerd; onbewogen; onverschrokken
glacial guur; kil ijskoud; stervenskoud
moite kil; koud en vochtig klam; klef; kleverig; nattig; plakkerig

Related Words for "kil":


Wiktionary Translations for kil:

kil
adjective
  1. météo|fr Qui nous donner la sensation d’une température notablement inférieure à la nôtre.