Dutch

Detailed Translations for onverhoeds from Dutch to French

onverhoeds:


Translation Matrix for onverhoeds:

NounRelated TranslationsOther Translations
balourd lomperik
gauche linkerkant; linkerzijde
rapide stroomversnelling; vluggerd
sec droge
sèche peuk; sigaret; stinkstok
AdverbRelated TranslationsOther Translations
soudainement abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps zo ineens
subitement abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps zo ineens
ModifierRelated TranslationsOther Translations
abrupt abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps abrupt; bruusk; eensklaps; kortaf; nors; onzacht; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk
balourd abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
brusque abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps abrupt; bruusk; chagrijnig; eensklaps; knorrig; kortaf; korzelig; nors; nurks; onzacht; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk
brusquement abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps abrupt; bot; bruusk; eensklaps; kortaf; nors; onzacht; opeens; plots; plotseling; plotsklaps; schielijk; zonder omhaal
choquant abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps aanstootgevend; aanstotelijk; misselijk; naar; ongepast; onkies; onpasselijk; onverkwikkelijk; onvertogen; onwel; stotend; stuitend; verkeerd
cru onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien cru; heftig; indiscreet; onbeheerst; onbewerkt; ongekookt; ongepast; onkies; onomwonden; onstuimig; onverbloemd; onverholen; onvertogen; openlijk; rauw; rechttoe rechtaan; ruw; verkeerd
d'un coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
d'un ton brusque abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps bot; bruusk; kortaf; nors; onzacht; zonder omhaal
du coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
gauche abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps harkerig; houterig; krukkig; linker; links; lomp; onbeholpen; onelegant; onhandig; plomp; schutterig; slungelig; stijf; stijve; stoethaspelig; stram; stroef; stumperig; stuntelig; sukkelend; sukkelig
imprévu abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps klakkelings; ongedacht; onverhoopt; onvermoed; onverwacht
inattendu abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps klakkelings; ongedacht; onvermoed; onverwacht
inopiné abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
prompt abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps aanstonds; adrem; bij de pinken; bijdehand; clever; dadelijk; direct; flitsend; gauw; gevat; goochem; haastig; ijlings; kien; ogenblikkelijk; onverwijld; raak; rap; schrander; slim; snedig; snel; terstond; uitgeslapen; vlot; vlug; zo meteen
promptement abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps adrem; bijdehand; direct; gauw; gevat; gezwind; haastig; ijlings; ogenblikkelijk; onverwijld; raak; rap; snedig; snel; subiet; vlot; vlug
précipitamment abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps gauw; gehaast; gejaagd; gestressed; haastig; halsoverkop; ijlings; inderhaast; jachtig; onberaden; onbesuisd; ondoordacht; onnadenkend; overhaast; overijld; rap; snel; vlot; vlug; voorbarig
rapide onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien flitsend; gauw; haastig; hardlopend; ijlings; rap; snel; snellopend; snelwerkend; vingervlug; vlot; vluchtelings; vlug
rapidement onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien aanstonds; direct; flitsend; haastig; kortstondig; rap; snel; terloops; terstond; vlot; vluchtelings; vluchtig; vlug
rudement onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien agressief; bedriegelijk; bot; gefingeerd; gewelddadig; hard; hardhandig; kortaf; nagemaakt; onecht; onwaar; onzacht; ruw; vals; zonder omhaal
sec onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien bar; bits; dor; droge; droog; droogjes; kattig; onbegroeid; onvriendelijk; pezig; pinnig; regenarm; schraal; schriel; sec; snauwerig; snibbig; spinnig; verdord; verlept; verwelkt; vinnig; zenig
soudain abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps klakkelings; onvermoed; onverwacht
subit abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
subito abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
sèche abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
tout d'un coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps
tout à coup abrupt; eensklaps; ineens; onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien; opeens; plots; plotseling; plotsklaps zo ineens
vite onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien aanstonds; bijna; direct; dra; eerstdaags; gauw; haast; haastig; ijlings; nagenoeg; rap; schier; snel; spoedig; terstond; vingervlug; vlot; vlug; weldra; welhaast
à l'improviste onverhoeds; onverwacht; onverwachts; onvoorzien blindelings; impulsief; in een opwelling; in het wilde weg; lukraak; onvermoed; onverwacht

Related Words for "onverhoeds":

  • onverhoedse

Wiktionary Translations for onverhoeds:

onverhoeds
adjective
  1. Qui est imprévu, à quoi on ne s’attendre pas.