Home ->Dictionaries ->Dutch/Dutch ->Translate neerschieten

Synonyms for neerschieten in Dutch

Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. neerschieten:

Dutch

Detailed Synonyms for neerschieten in Dutch

neerschieten:

neerschieten verb (schiet neer, schoot neer, schoten neer, neergeschoten)

  1. neerschieten
    schieten op; neerschieten
  2. neerschieten
    neerschieten; overhoopschieten
  3. neerschieten
    neerschieten
    • neerschieten verb (schiet neer, schoot neer, schoten neer, neergeschoten)

Conjugations for neerschieten:

o.t.t.
  1. schiet neer
  2. schiet neer
  3. schiet neer
  4. schieten neer
  5. schieten neer
  6. schieten neer
o.v.t.
  1. schoot neer
  2. schoot neer
  3. schoot neer
  4. schoten neer
  5. schoten neer
  6. schoten neer
v.t.t.
  1. heb neergeschoten
  2. hebt neergeschoten
  3. heeft neergeschoten
  4. hebben neergeschoten
  5. hebben neergeschoten
  6. hebben neergeschoten
v.v.t.
  1. had neergeschoten
  2. had neergeschoten
  3. had neergeschoten
  4. hadden neergeschoten
  5. hadden neergeschoten
  6. hadden neergeschoten
o.t.t.t.
  1. zal neerschieten
  2. zult neerschieten
  3. zal neerschieten
  4. zullen neerschieten
  5. zullen neerschieten
  6. zullen neerschieten
o.v.t.t.
  1. zou neerschieten
  2. zou neerschieten
  3. zou neerschieten
  4. zouden neerschieten
  5. zouden neerschieten
  6. zouden neerschieten
en verder
  1. ben neergeschoten
  2. bent neergeschoten
  3. is neergeschoten
  4. zijn neergeschoten
  5. zijn neergeschoten
  6. zijn neergeschoten
diversen
  1. schiet neer!
  2. schiet neer!
  5. neergeschoten
  6. neerschietend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

neerschieten [znw.] noun

  1. neerschieten
    neerleggen; doodschieten; neerschieten







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0552 seconds
Page rendered in 1.0 seconds