Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. uitvinden:


Dutch

Detailed Synonyms for uitvinden in Dutch

uitvinden:

uitvinden verb (vind uit, vindt uit, vond uit, vonden uit, uitgevonden)

  1. uitvinden
    uitvinden
    • uitvinden verb (vind uit, vindt uit, vond uit, vonden uit, uitgevonden)

Conjugations for uitvinden:

o.t.t.
  1. vind uit
  2. vindt uit
  3. vindt uit
  4. vinden uit
  5. vinden uit
  6. vinden uit
o.v.t.
  1. vond uit
  2. vond uit
  3. vond uit
  4. vonden uit
  5. vonden uit
  6. vonden uit
v.t.t.
  1. heb uitgevonden
  2. hebt uitgevonden
  3. heeft uitgevonden
  4. hebben uitgevonden
  5. hebben uitgevonden
  6. hebben uitgevonden
v.v.t.
  1. had uitgevonden
  2. had uitgevonden
  3. had uitgevonden
  4. hadden uitgevonden
  5. hadden uitgevonden
  6. hadden uitgevonden
o.t.t.t.
  1. zal uitvinden
  2. zult uitvinden
  3. zal uitvinden
  4. zullen uitvinden
  5. zullen uitvinden
  6. zullen uitvinden
o.v.t.t.
  1. zou uitvinden
  2. zou uitvinden
  3. zou uitvinden
  4. zouden uitvinden
  5. zouden uitvinden
  6. zouden uitvinden
en verder
  1. ben uitgevonden
  2. bent uitgevonden
  3. is uitgevonden
  4. zijn uitgevonden
  5. zijn uitgevonden
  6. zijn uitgevonden
diversen
  1. vind uit!
  2. vindt uit!
  3. uitgevonden
  4. uitvindend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze