Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. kaars:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for kaars from Dutch to German

kaars:

kaars [de ~] noun

  1. de kaars
    die Kerze; Wachslicht; die Wachskerze

Translation Matrix for kaars:

NounRelated TranslationsOther Translations
Kerze kaars waskaars
Wachskerze kaars waskaars
Wachslicht kaars waskaars

Related Words for "kaars":

  • kaarsen

Related Definitions for "kaars":

  1. ronde staaf van was, met pit van katoen1
    • als het donker is gaan de kaarsen aan1

Wiktionary Translations for kaars:

kaars
noun
  1. Leuchtmittel mit offener Flamme; bestehend aus Wachs

Cross Translation:
FromToVia
kaars Kerze candle — a light source
kaars → [[dünn Wachskerze]] taper — slender wax candle
kaars Kerze bougie — Chandelle
kaars Normalkerze bougie — Ancienne unité de mesure de la quantité de lumière émise

Related Translations for kaars