Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate loodsen

Translate loodsen from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

loodsen:
- Berghütte
loods:
- Bauhütte; Baubude; Baubaracke; Reiseführer; Führer; Lotse
Wiktionary:
- loodsen → bugsieren
- loods → Schuppen, Lager, Lotse
- loods → Lotse, Schuppen, [[Schuppen im Hinterhof]], Baracke, Bude, Hütte, Scheune, Bretterbude, Bretterhäuschen, Kiosk, Verkaufshäuschen

Dutch

Detailed Translations for loodsen from Dutch to German

loodsen:

loodsen [de ~] noun, plural

de loodsen (bergschuren; keten)
die Berghütte
- Berghütte [die ~] noun

Translation Matrix for loodsen:

Noun	Related Translations	Other Translations
Berghütte	bergschuren; keten; loodsen

Related Words for "loodsen":

loods

Wiktionary Translations for loodsen:

loodsen

verb

(transitiv), Seefahrt: ein Schiff durch Lotsen ins Schlepptau nehmen und an einen bestimmten Ort schleppen
- bugsieren → loodsen; binnenloodsen; boegseren

loods:

loods [de ~ (m)] noun

de loods (bouwkeet; hangaar; keet; barak)
die Bauhütte; die Baubude; die Baubaracke
- Bauhütte [die ~] noun
- Baubude [die ~] noun
- Baubaracke [die ~] noun
de loods (gids; begeleider; leidsman)
der Reiseführer; der Führer; der Lotse
- Reiseführer [der ~] noun
- Führer [der ~] noun
- Lotse [der ~] noun

Translation Matrix for loods:

Noun	Related Translations	Other Translations
Baubaracke	barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods
Baubude	barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods	bouwvakkersonderkomen; directiekeet; keet
Bauhütte	barak; bouwkeet; hangaar; keet; loods
Führer	begeleider; gids; leidsman; loods	aanvoerder; baas; beheerser; beknopte handleiding; bestuurder; bevelhebber; chauffeur; commandant; elektriciteitsgeleider; gebieder; geleider; gids; hoofd; hoofdman; kapitein; kopstuk; leider; leidraad; manager; meester; reisbegeleider; reisgids; reisleider; reisleidster; rijder; rondleider; scheepskapitein; schipper; voorzitter; wagenbestuurder
Lotse	begeleider; gids; leidsman; loods	loodsschipper
Reiseführer	begeleider; gids; leidsman; loods	gids; reisbegeleider; reisboek; reisgids; reiswijzer; rondleider

Related Words for "loods":

loodsen, lood

Wiktionary Translations for loods:

loods

noun

een gebouw voor opslag van goederen
- loods → Schuppen; Lager
een persoon die schepen begeleidt bij het varen van en naar een haven
- loods → Lotse

loods

noun

Seemann, der berufsmäßig Schiffe durch schwierige Gewässer in den Hafen berät
- Lotse → loods

Cross Translation:

From	To	Via
• loods	→ Lotse	↔ pilot — person who helps navigate the harbor or coast
• loods	→ Schuppen; [[Schuppen im Hinterhof]]	↔ shed — temporary structure to shelter something
• loods	→ Baracke; Bude; Hütte; Scheune; Bretterbude; Bretterhäuschen; Schuppen; Kiosk; Verkaufshäuschen	↔ kiosque — urbanisme\|fr siècle\|XVIII Dans l’aménagement des parc et jardin, pavillon pour l’agrément ou la musique, d’inspiration oriental, de structure léger et ouverte et de plan circulaire ou polygonal.
• loods	→ Baracke; Bude; Hütte; Scheune; Bretterbude; Bretterhäuschen; Schuppen; Kiosk; Verkaufshäuschen	↔ échoppe — Petite boutique ordinairement en appentis et adossée contre une muraille.

Related Translations for loodsen

erdoor loodsen