Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. toewijzing:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for toewijzing from Dutch to German

toewijzing:

toewijzing [de ~ (v)] noun

  1. de toewijzing (toekenning; verlening)
    die Zuweisung
  2. de toewijzing
  3. de toewijzing
  4. de toewijzing
    die Zuteilung
  5. de toewijzing
    die Karte; die Struktur; Zuordnung
  6. de toewijzing (geheugentoewijzing)

Translation Matrix for toewijzing:

NounRelated TranslationsOther Translations
Karte toewijzing entreebiljet; kaart; kaartje; keuze-item; landkaart; menu; menukaart; plaatsbewijs; plattegrond; speelkaart; spijskaart; ticket; toegangsbewijs
Struktur toewijzing bouw; bouwwerk; component; constructie; gebouw; opbouw; opbouwen; ordening; organisatie; pand; samengesteld geheel; samenstelling; struct; structuur; systeem
Zuteilung toewijzing bestemming; distributie; rantsoenering; toewijzingen
Zuweisung toekenning; toewijzing; verlening gunning; spreiding; toegewezen programma
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
Arbeitsauftrag toewijzing
Belegung geheugentoewijzing; toewijzing
Speicherbelegung geheugentoewijzing; toewijzing
Zuordnung toewijzing koppeling

Related Words for "toewijzing":


Wiktionary Translations for toewijzing:

toewijzing
noun
  1. die Bestimmung oder Vorgabe, wer etwas bekommen soll

Cross Translation:
FromToVia
toewijzing Zuweisung; Zuteilung allocation — The process or procedure for allocating things, especially money or other resources.