Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. schaapachtigheid:


Dutch

Detailed Translations for schaapachtigheid from Dutch to German

schaapachtigheid:

schaapachtigheid [znw.] noun

  1. schaapachtigheid
    die Albernheit; die Blödheit

Translation Matrix for schaapachtigheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
Albernheit schaapachtigheid dwaasheid; flauwe grap; flauwiteit; gekheid; gekkigheid; gekte; idioterie; kinderachtigheid; kinderlijkheid; naïveteit; naïviteit; onnozelheid; simpelheid; zotheid
Blödheit schaapachtigheid